Het raadsel van de verwondering

‘Lees maar, er staat niet wat er staat.’ Deze regel van dichter Martinus Nijhoff (1894-1953) is treffend van toepassing op de abstracte schilderijen met figuratieve reminiscenties van Anneke Peereboom (1950).

Niet alleen vereist het bekijken van haar schilderijen een vorm van lezen, daarnaast is bij Peereboom niets wat het lijkt. Haar doeken herbergen visuele valstrikken en misleidingen. Zelden is exact te onderscheiden wat een beeldelement precies voorstelt. Niet in de laatste plaats zijn haar schilderijen zowel naar vorm, sfeer als inhoud gelaagd. 

– Jeroen Hendriks

Anneke Peereboom

Anneke Peereboom

Reizen door vormen en kleuren
Anneke Peereboom schildert werelden. Dat kan van alles zijn, maar wat het eerste opvalt zijn de kleuren en patronen waarbij je dan meteen aan de kunst van Paul Klee en Joan Miró moet denken. Maar dan houdt de vergelijking ook onmiddellijk op, want de schilderijen van Anneke beelden hun eigen universum uit. Haar stijl is figuratief, maar tegelijk abstract, we zien vooral ritmes en patronen, maar ook van alles uit de werkelijkheid. Ze prikkelen je associatievermogen en wat je ziet zijn doorgaans geen bestaande dingen, maar associatieve vormen en suggestieve kleuren. Het is ‘ongrijpbare figuratie’, om het zo eens samen te vatten, weergaves van een ongebreidelde fantasie, maar alles begrensd door het idee en het ontwerp van het moment.

Citaat uit de brochure
‘LIJNEN EN TEKENS
SCHEIDEN EN SCHEPPEN’
Tekst Eric Bos

Lees meer over Anneke…